Mijn overtuigende houding
Wat houd het voor mij in?
Een overtuigende houding is geweldig om te kunnen beheersen in de praktijk. Het is alleen wel lastiger dan je denkt. Je moet een paar eigenschappen echt wel beheersen om mensen goed te kunnen overtuigen. Hieronder valt bijvoorbeeld overtuigingskracht. Stel je hebt een punt die je duidelijk wilt maken met de rest van je groep of juist met de tegenpartij, dan moet je dit wel goed kunnen onderbouwen. Dit doe je door bijvoorbeeld sterke argumenten te gebruiken, stiltes laten vallen tijdens een discussie/ gesprek, je moet bezwaren kunnen beleggen en ga zo maar door. Als je dat allemaal goed kan dan heb je een sterke overtuigingskracht. De volgende eigenschap die je goed moet beheersen is uitdrukkingsvaardigheid. Wat dit betekent is dat je duidelijk kan communiceren met andere mensen. Dit kan via verbale communicatie maar ook zeker non-verbaal, via mailtjes of appjes en zelfs aan de telefoon. Je moet voor deze eigenschap altijd rustig blijven en eerlijk praten met de ander, zo bouw je de meeste vertrouwen op. Uiteraard moet je de ander ook durven te confronteren als dat nodig is en moet je Nederlands taalgebruik heel goed zijn. Als dat je allemaal lukt dan ben je goed op weg om een goede uitdrukkingsvaardigheid te beheersen. Als laatste eigenschap moet je presentatie vaardigheid hebben. Het gaat best voorkomen later in de praktijk dat je een idee moet pitchen of dat je iets moet presenteren. En als dat gebeurd dan moet je er wel zelfverzekerd bij staan, moet je enthousiasme uitstralen over je idee, moet je goed voorbereid zijn op het geven van je presentatie/ pitch en moet je verhaal gestructureerd opgebouwd zijn. Je gaat het later nog vaak nodig hebben dus het is zeker een belangrijke eigenschap om te beheersen. Als je al deze eigenschappen bij elkaar stopt dan ben je klaar om mensen te gaan overtuigen en heb je deze houding beheerst.
Algemene ontwikkeling en reflectie
Overtuigingskracht:
Voordat ik naar deze school ging was ik nooit zo goed in mensen overtuigen. Ik bleef altijd wel rustig tijdens bijvoorbeeld discussies, maar ik was niet goed met argumentatie. Dit zag je ook terug bij de eerste peerfeedback die we deden dit jaar. Mijn groepsgenoten zeiden dat ik meer mijn mening moest delen en dat ik niet goed mensen kon overtuigen. Hier ben ik toen aan gaan werken door simpelweg meer mijn ideeën te delen met mijn groepje. Als je dan kijkt naar de groepsbeoordelingen daarna dan zie je nooit meer staan dat ik mijn mening te weinig deel. Sterker nog, in de laatste 2 groepsbeoordelingen kreeg ik voornamelijk te horen dat ik goed mensen kan overtuigen. Het werd zelfs een keer door Joris gezegd dat ik mijzelf altijd goed beargumenteer. Dus je kan zeker wel zeggen dat ik mij vergeleken met het begin van het jaar heel goed heb geëvolueerd in mijn overtuigingskracht.
Uitdrukkingsvaardigheid:
Aan het begin van het jaar kon ik eigenlijk in bijna elke situatie op een duidelijke en rustige manier communiceren met andere mensen. Het lukte me alleen niet wanneer ik voor een grote groep stond. Ik begon dan of te snel te praten of te mompelen. Hier wou ik op gaan verbeteren dit jaar omdat ik wist dat het voor later heel belangrijk zou zijn dat ik zelfverzekerd kan staan voor een grotere groep. Dus uiteraard heb ik hiermee geoefend tijdens de presentaties die ik dit jaar moest doen. Maar dat is niet echt iets wat ik uit mezelf heb gedaan. Vrijwilligerswerk wel. Ik heb bewust gekozen voor vrijwilligerswerk waarbij ik veel bezig was met presenteren. Gymles geven vergt natuurlijk veel presentatie skills, dus ik zag dit als een goede opening om aan mijn presentatievaardigheid te werken. De eerste paar lessen vond ik het nog heel spannend om voor de klas te staan en uitleg te geven. In de loop van de lessen werd ik er gelukkig wel veel beter in en op een gegeven moment had ik er 0 problemen meer mee. Ik kon rustig en duidelijk praten voor een grote groep. Toen kwam de SPM-les waarbij ik en mijn groepje les moesten geven aan onze eigen klas. Dit vond ik raar genoeg wel weer spannend. Ik had zelfs een miscommunicatie met Kas. Ik denk dat dit komt omdat dit mensen zijn van mijn leeftijd en geen kinderen van 7/8. Dan heb ik toch weer het gevoel dat ze me beoordelen. Dat moet ik uit mijn hoofd krijgen, maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Buiten die teleurstelling vind ik wel dat ik ben verbeterd vergeleken met het begin van het jaar. Ik ben nu veel rustiger als ik voor een grote groep sta en daar ben ik heel trots op.
Presentatie vaardigheid:
Deze gaat voor mij best gelijk met mijn uitdrukkingsvaardigheid aangezien ik alleen moeite heb met mijn uitdrukkingsvaardigheid tijdens presentaties en voor grote groepen. Dus het spreekt voor zich dat ik problemen had aan het begin van het jaar met presenteren. Hier heb ik ook voornamelijk aan gewerkt tijdens mijn vrijwilligerswerk. Uiteraard ook tijdens de presentaties die we door het jaar heen hebben gehad. Bij mijn vrijwilligerswerk was het presenteren wel anders dan normaal gesproken. Voor school bereid ik namelijk mijn presentaties altijd heel goed voor door een heel script te schrijven en deze uit mijn hoofd te leren. Bij mijn vrijwilligerswerk deed ik dat niet. Daar was mijn enige voorbereiding het in mijn hoofd krijgen van de oefening en de regels daarvan kennen. Wat ik daarna ging zeggen tegen de kinderen verzon ik op dat moment. Ik denk dat dat ook een goede oefening is geweest voor improviseren tijdens het presenteren. Als ik van mijzelf weet dat ik goed kan improviseren wanneer dat nodig is, dan sta ik ook meer zelfverzekerd voor de klas. Maar toen kwam de SPM-les waarbij ik moest lesgeven en die viel toch weer tegen. Ik stotterde voor mijn gevoel veel en ik voelde zelfs mijn handen trillen. Dus het blijft nog wel iets waaraan ik moet werken. Toch ben ik wel redelijk tevreden met de vooruitgang die ik heb geboekt voor mijn presentatievaardigheid.
Specifieke reflectie
School:
Ik ben al heel mijn leven niet heel goed geweest in presenteren, ik was altijd zenuwachtig, ging snel praten of zelfs mompelen en was daardoor altijd onverstaanbaar. Dit is iets waar ik dit jaar verandering in wou brengen en daar ben ik het meest in ontwikkeld tijdens mijn vrijwilligerswerk. Ik heb voor mijn vrijwilligerswerk gymles gegeven op een basisschool aan de groepen 3 en 4. Ik heb dit specifiek gekozen omdat ik aan mijn presentatiekracht wilde werken. Aan het begin verliep het lesgeven dus ook niet heel soepel. Ik ervaarde dezelfde problemen die ik normaal gesproken ook had met presenteren. Na een aantal lessen raakte ik er wel steeds meer aan gewend en ik heb de helft van mijn dagen gewoon met zelfvertrouwen les kunnen geven.
Ik ben in die eerste 4 dagen van mijn vrijwilligerswerk veel emoties door gegaan. Eerste les was ik super zenuwachtig en dat was ook te merken. Ik wou deze zenuwen echt weg werken, want ik was er helemaal klaar mee om geen zelfvertrouwen te hebben voor een grote groep. Ik kreeg heel wat tips van mijn begeleider over hoe ik duidelijker kan uitleggen en dat gaf me een grote boost in zelfvertrouwen. Door deze tips stond ik op een gegeven moment zonder zenuwen les te geven en ik voelde me daar heel goed bij.
Mijn doel om met zelfvertrouwen voor een grote groep te staan heb ik dus zeker gehaald. Dit komt door de goede tips van mijn begeleider en het ook gewoon doen. Ik denk dat als je beter wilt worden in presenteren dat het beste wat je kan doen is simpelweg meer presenteren. Je raakt dat heel erg gewend aan de omgeving en krijgt vanzelf meer zelfvertrouwen. Doordat ik nu met zelfvertrouwen voor een grote groep kan staan ben ik niet meer bang om in de toekomst te presenteren en dat gaat me heel erg helpen denk ik.
In plaats van dat ik de volgende keer zenuwachtig voor een groep sta, sta ik er met veel zelfvertrouwen en kan ik alles netjes uitleggen wanneer dat nodig is. Ik denk dat dat een hele grote ontwikkeling is geweest in mijn presentatievaardigheid.
Stage:
In de tweede week van mijn stage was ik begonnen aan een persoonlijk project. Ik had namelijk GoPro’s gevonden in de kast in het kantoor waar ik werk. Ik kreeg hierbij het idee om deze te geven aan de mensen die gaan over de sneeuwbaan. Er was die week namelijk een freestyle Friday. Hier komen allemaal freestyle snowboarders naartoe die er vaak ook wel voor open staan om coole video’s te maken met GoPro’s. Dus ik had de GoPro gegeven en hier zijn hele toffe filmpjes uit gekomen. Ik moest alleen nog wel mijn stagebegeleidster overtuigen om deze filmpjes te gebruiken voor de sociale media. Ze ging er akkoord mee maar dan moesten de filmpjes wel geschikt zijn om geplaatst te worden ( geen wiebelig beeld en goede kwaliteit beelden). Jammer genoeg was de kwaliteit van de GoPro niet heel goed. Er is uiteindelijk maar 1 video uitgekomen die goed genoeg was en die is ook gelijk gebruikt voor een post over de freestyle friday.
Toch had ik Anouk wel overtuigd om de beelden te gebruiken. Jammer genoeg was de kwaliteit slecht en wordt er dus waarschijnlijk maar 1 video gebruikt, het overtuigen was wel gelukt. Dit heb ik gedaan door goede argumenten te gebruiken. Anouk vertelde in de eerste week dat ze meer entertainment op de sociale media wilt plaatsen dus ik zei dat dit daar een goede optie voor is. Ook had ik verteld dat als ik zo’n video zou zien op Instagram, dat ik dat wel tof had gevonden, dus waarschijnlijk vinden de andere mensen die vallen onder mijn doelgroep dat ook wel. En als laatste punt had ik gemaakt dat je zo ook een community tussen de freestylers creëert. Ik ben persoonlijk best trots op de manier hoe ik mijn punt heb beargumenteert.
Ik had dus een duidelijk doel voor ogen om deze video’s te gebruiken voor de sociale media. Ik heb inzet getoond om dit ook waar te maken en het is gelukt omdat ik Anouk wist te overtuigen met sterke argumenten. Al hoewel het resultaat niet helemaal gelukt is ben ik wel blij met hoever ik ben gekomen.
Voor de volgende keren kan ik hier dus een voorbeeld aan nemen, hoe ik op de juiste manier iemand kan overtuigen. Ik luister goed naar wat iemand eerder had genoemd en kan deze gebruiken in mijn argumentatie. Ik denk dat ik hierdoor heel erg vooruit ben gegaan in mijn overtuigingskracht.
Procesdoelen
Blok 2: Ik ben altijd best zenuwachtig als ik moet praten voor een grote groep mensen. Ik ga te snel praten of juist mompelen. Dit probeer ik echt te verbeteren in het volgende blok door zoveel mogelijk te presenteren en voor een grote groep te staan.
Blok 3: Ik heb voor project 10 moeten presenteren en mijn deel ging daar goed bij. Ik stond vrij zelfverzekerd te presenteren en daar voelde ik me best goed bij. Dit was alleen niet voor veel mensen. Dus ik moet nog steeds een kans vinden om dat te doen. Mijn doel blijft daarom hetzelfde.
Blok 4: Ik heb nu een paar keer bij mijn vrijwilligerswerk voor de klas moeten staan omdat ik gymles geef op een basisschool. Dit vond ik aan het begin best spannend en ook veel ging fout. Soms was ik onverstaanbaar of vergat ik dingen in mijn uitleg. In het volgende blok is mijn doel dan ook om rustig te blijven voor een grote groep en duidelijk uitleg te geven.
Blok 5: Ik ben nu bijna klaar met mijn vrijwilligerswerk 5 en ik sta zelfverzekerd voor de klas. Presenteren gaat al een stuk beter en ik praat veel duidelijker. Ik ben heel trots op deze ontwikkeling maar ik heb nu nog wel een nieuw doel nodig. Ik wil in mijn volgend blok mijn groepsgenoten laten geloven dat ik ze goed kan overtuigen.
Blok 6: Ik heb mijn vorige doel gehaald! In de peerfeedback was iedereen van mening dat ik goed was in mensen overtuigen dus hier ben ik heel blij mee. Mijn volgende doel is om tijdens mijn stage veel ideeën te pitchen en deze overtuigend te presenteren aan mijn collega's.